De apostel Paulus benadrukt dat de christenen bevrijd zijn en niet meer onder het juk van de wet. Het Evangelie is door het geloof in Christus Jezus uit genade alleen en niet uit verdiensten door de werken van de wet. De Heilige Geest werkt in het hart van de christen het nieuwe leven en de hoop op volmaaktheid. 

Galaten 5 vers 1: ‘Staat dan in de vrijheid, met welke ons Christus vrijgemaakt heeft, en wordt niet wederom met het juk der dienstbaarheid bevangen’.

Christelijke vrijheid en liefde

In het vorige hoofdstuk vanaf vers 21, 22 geeft Paulus een aansprekend beeld. De torpedo voor de dwaling van het Judaïsme. Als bekeerde heidenen Joodse proselieten te worden met de ceremoniële wet. En dat is overduidelijk tegen het Evangelie. Van het voorgaande met de Israëlieten met het houden van de wet. Je toegang tot de hemel verdienen. Gods barmhartigheid en genade ontvangen als je die hele weg zou afleggen.

De apostel geeft de beschrijving van de traditie van de Joden. Zo trots dat ze van Abraham afstamden. In hoofdstuk 3. Weet je dat Abraham twee zonen had? Ismaël en Izak. Ismaël uit de werken geboren. Abraham om het voort te zetten, Sara kon niet meer baren, zo regelden ze dat Abraham bij Sara’s slaaf Hagar een zoon verwekte. Ismaël geboren. Twee zonen: een uit de werken. Tegenovergesteld de zoon van de belofte Izak. Dat was de finale torpedo zoals ik zei van de dwaling van het Judaïsme.

De verloren zondaren die de weg naar de zaligheid niet konden verdienen. Verbond van genade. En het verbond van de wet als je niet alles houdt, dan zul je moeten werken om volmaakt te zijn. De twee verbonden gingen samen op voor een tijd. Die allegorie in hoofdstuk 4.

En dan in hoofdstuk 5: ‘Staat dan in de vrijheid, met welke ons Christus vrijgemaakt heeft’. Laat je niet bewegen door Judaïsme dat je je moet werken voor je eigen zaligheid. Maar in het Evangelie door genade. We kunnen onszelf niet vrijmaken maar Christus. Ik wil een moment stilstaan bij de vrijheid.

Wat is de christelijke vrijheid? Die vraag vaak gesteld in deze tijd. Het is vrijheid van het oordeel. We zijn niet verdoemd. Christus heeft de straf betaald. Het is vrij van de veroordeling. Het is ook vrijheid van de macht van de zonden over ons. Het is niet vanzelfsprekend dat we zullen zondigen. Niet hart en nieuwe natuur en kunnen zonden tegengaan en Gods help. Als we bidden en zonden tegenstaan helpt God ons. Dat is een grote vrijheid. We worstelen nog steeds met zonden maar geen beslissende macht over ons.

We zijn vrij van valse leer. We hebben onderscheidingsvermogen. We zijn vrij van gevangenschap van het onnadenkende van de wereld. We zijn vrij in de wandel met de Heere. Staat vrij in het Evangelie.

‘En wordt niet wederom met het juk der dienstbaarheid bevangen.’ Je weet het juk bij twee dieren. Het is altijd een vorm van dienstbaarheid. Verstrikt in het Grieks. Heel sterk woord. Dat is wat gebeurt als we in onze oude patronen vervallen. Wie vertrouwen we voor Christus? Zelf is misschien het antwoord. We liepen achter ‘nummer één’ aan, dat idol.

Niet opnieuw bevangen met dienstbaarheid. Die oude strikken. Jezelf. Focus op jezelf. Wat dit betekent voor mij. Waarom overkomt het mij? Als die oude idol opkomt, kijk ervan weg en richt je op anderen. Die oude idol komt en grijpt je met tentakels aan. Wat jij nodig hebt en jouw verlangens. En kan Christus niet op de troon zijn want je bent er zelf op gaan zitten.

Als persoonlijke ambitie terugkomt of uiterlijk. Je bent weer een slaaf. Iets wat je leven beheerst. Je telefoon. Speciaal voor de jongeren. Of de TV. Je laatste staat slechter dan de eerste. Niet opnieuw bevangen met het juk van de dienstbaarheid. Het is een krachtig beeld. Het is hier in het Woord. Dat is onze eerste observatie.

Ik ga naar vers 2: ‘Ziet, ik Paulus zeg u, zo gij u laat besnijden, dat Christus u niet nut zal zijn’. Het vertrouwen is gesteld op de Joodse ceremonie. Je kunt niet zelf hebben en Christus. Ik kijk iets naar mijzelf en ook wat naar de Zaligmaker. Werkt niet. Het kan niet beiden zijn. Het is Christus in alles of niets. De oude machten uit. Elke individuele gelovige weet wat die oude dingen zijn. Voor mij is het dit en dat. In geen geval mogen deze dingen bij mij terugkomen.

Ik ga verder naar vers 4: ‘Christus is u ijdel geworden, die door de wet gerechtvaardigd wilt worden; gij zijt van de genade vervallen’. Van de genade vervallen. Zodra een vals evangelie binnen is gekomen, als dat je van een berg bent gevallen. Van vrije genade vervallen. De leer van de Judaïsme moet eruit.

Vers 5: ‘Want wij verwachten door den Geest, uit het geloof, de hoop der rechtvaardigheid’. Voor hen als voor ons. Er komt een dag dat je volmaakt rechtvaardig bent, God je thuishaalt. Hier in een strijd. Als God je thuishaalt, dan volmaakt. Dit is de verwachting. Paulus spreekt over de hemelse heerlijkheid. Het kwam door het geloof.

Let erop wat hij zegt. Verwachten door de Geest. Verlangen ernaar. Het is je verlangen. Je staat in een rij voor eten. Je had al trek. Je gaat naar voren. Wij door de Geest verwachten. Het Woord aankleden met dat. De hoop der rechtvaardigheid. Verlangen we naar de hemel, doen we dat echt?

Veel van ons. Het is een verlangen Heere eenmaal daar naartoe te gaan maar nu nog niet. Wat beschamend is dat. We moeten een verlangen hebben naar die plaats voor eeuwig. De eeuwige sabbat. Wat is de dag van de Heere? Het teken van de eeuwige glorie.

Sommige christenen hebben geen verlangen in de zondag. Alleen morgendienst en dan eigen invulling. Geen verlangen in een tweede of derde dienst. Zondagsschool ook nog. Verlangen van de kinderen van God. Sommige maken het zo kort als mogelijk. Je ontwikkelt je smaak voor de eeuwige sabbat hier op aarde. Hem samen dienen. Het onderwijs van Hem. Anderen erover vertellen.

Wij verwachten de plaats van rechtvaardigheid. Geen zonden. Geen verlies. Eeuwige ontdekking van de liefde van God en voor elkaar. Je kunt alleen een verlangen daarvoor hebben als je erin bezig bent. Want wij door de Geest. De Geest wekte ons op. De Heilige Geest vernieuwde ons met een nieuw hart en nieuwe smaak. Hoe dankbaar zijn we naar Hem de inwonende Geest.

Verwachten de hoop der rechtvaardigheid. Door het geloof. Niet door de wet. Hier is een oefening voor ons: meer aan de hemelse heerlijkheid denken. Vers 6: ‘Want in Christus Jezus heeft noch besnijdenis enige kracht noch voorhuid, maar het geloof, door de liefde werkende’.

Want in Christus Jezus heeft noch besnijdenis enige kracht noch voorhuid. Ik keek ernaar en ik keek ernaar. De besnijdenis doet niets. Het is een teken. Het sprak van geloof. Het komen van de grote Nakomeling. Het is slechts een teken. Besnijdenis heeft geen kracht in zichzelf. Waarom zegt de apostel noch voorhuid? Als de besnijdenis geen betekenis heeft.

Er kan een trots zijn in de heiden. Ik ben een bekeerde heiden. De Joden met de privileges. Misschien gaan die privileges terug naar de Joden als we Romeinen goed verstaan. De heidenen te zeggen niets te doen met de Joodse lijn. Nee, zegt de apostel er is geen voordeel in het bijzonder een heidense bekeerde te zijn. We zijn allemaal gelijk gezegend in Christus als Jood en heiden.

In de Rooms Katholieke kerk zijn wat ze noemen sacramenten en er zijn er vele. Een recht. Een teken van echte genade van God. Iets dat je doet om een echte zegen te ontvangen. In de protestantse traditie hebben we geen sacramenten. Die een zegen transporteert. Wij hebben twee instellingen.

Wat is het verschil? Dat het een instelling is die een teken is. Dat het een zaak van het hart is. Als iemand die niet gelooft en het brood en de wijn neemt, is er niets in die persoon. Want het is een teken van het lichaam en bloed van Christus. Als je gered bent, en je verwacht het van de Heere en bidt dan zal Hij je zegenen.

De twee instellingen zijn ingesteld door Christus. Maar twee. Het Heilig Avondmaal. En de doop voor gelovigen. In waar Nieuw-Testamentisch geloof alleen deze twee. Twee herinneringen. Heilig Avondmaal en doop. Ze zijn heel belangrijk. Heilig Avondmaal regelmatig aan herinnert. Het is geen zeker teken dat genade er doorheen vloeit.

Iemand zei tegen mij pastoor waarom sprak tot mij waarom spreid u uw handen niet uit aan het einde met een zegen? Of een hand opsteken? Geen fysieke tekenen van een zegen. Als vrouwen een hoofdbedekking willen dragen, dat staat ze vrij. Maar gevaar er een teken van te maken. De taal van de cultuur. Er zijn fysieke tekenen in het Nieuwe Testament met uitzondering van Heilig Avondmaal en doop.

Het enige wat telt is het geloof in Christus en vertrouwen wat Hij gedaan heeft. Wat betekent het? Wel geloof opereert, laat zichzelf zien door liefde. Hoe kan je weten dat je geloof hebt? Waar Bijbels geloof. Ik kan het geloof niet zien. Wel zegt Paulus je kunt het zien door de werken. Hoe kun je zien dat iemand Christus liefheeft? Staat voor Hem. Vertegenwoordigt Hem. Soms beperkt daardoor. Houdt teveel van Hem om stil te zijn. Teveel lief om nee te zeggen als hij ergens voor gevraagd wordt. Als hij gezondigd heeft, het verdriet in de ogen zien. Psalm 119 er vol van. Hij is niet weg te houden bij de Bijbelstudie. Houd z’n Bijbel niet dicht dag na dag. Brengt de christenen in gebed. Je kunt zien dat hij de hemel liefheeft. En de heiligheid. Bidt om hulp. Je kunt zijn liefde voor de dienst zien.

Maar het geloof door de liefde werkende. Je ziet het in de daden. Om af te sluiten. Als je de liefde hebt, werkt het ook omgekeerd, versterkt het geloof. Twee wegen. Mogen we dat hebben vrienden geloof door de liefde werkende.

Amen.

 

Zondag 12 januari 2025 – Metropolitan Tabernacle Londen, Verenigd Koninkrijk – dr. P. Masters – Schriftlezing Psalm 71 vers 1-19 en Galaten 5 vers 1-14