Nadat de apostel Paulus in zijn zendbrief aan de christelijke gemeente van Efeze geschreven heeft over het eeuwige wonder van Gods verkiezing en de adoptie in het huisgezin van God, gaat hij verder in op de hemelse erfenis. Dat is het ultieme doel voor christen, Gods kinderen, dat is hun bestemming. Tot prijs van Zijn heerlijkheid. De hemelse vreugde over de liefde van God en Zijn barmhartigheid voor verloren zondaren. Christus, Gods Zoon, kwam naar deze wereld om voor de zonden te betalen.
Efeze 1 vers 10: ‘Om in de bedeling van de volheid der tijden, wederom alles tot een te vergaderen in Christus, beide dat in den hemel is, en dat op de aarde is‘.
Ons ultieme doel
We hebben het eerste thema behandeld in dit gedeelte: de eeuwige verkiezing van God. En de tweede: de adoptie in het gezin van God. En nu de derde: ons ultieme doel. Het is interessant te zien hoe de apostel Paulus ze ordent.
Naar de gemeente in Efeze. Mogelijk is de gemeente gestart door Aquilla en Priscilla. Paulus was er drie jaar en schrijft nu vanuit de gevangenis. Paulus schrijft over de bedeling van de volheid van de tijd. Ultieme tijd van de adoptie. De ordening van de laatste tijden. Het is als dienstknecht die de administratie van een huishouden voert. Volheid van de tijden verwijst naar de tijd van het Oude Testament en het Nieuwe Testament, de tijd van het Evangelie.
Samenbrengen van de tijd. De drie grote tijden. Tijd van Adam en Mozes. De tijd van Mozes tot Christus. En de tijd van Christus tot aan het einde van de tijden. Elke tijd was erop gericht om mensen tot Christus te leiden. En dan de opsomming van alle tijden dan zullen alle mensen verzamelt worden die door al de tijden gered zijn door Christus.
Het is niet een volheid van tijd voor een nieuwe tijd. Een millenia van 1000 jaar zoals sommigen denken. Nee het is het einde van de tijden. Die in de hemel zijn. De heiligen van de zielen die gered zijn. Engelen en geredde mensen. In Christus. Hoe zijn de engelen in Christus? We weten gered te zijn onder de vleugelen van de rechtvaardigheid van Christus. De engelen zijn verzekerd in Christus en kunnen niet vallen zoals de duivel en zijn engelen.
We zullen verheerlijkt worden. De opstanding van het lichaam. De aarde zal gezuiverd worden. Een fysieke aarde en geestelijk als de hemel. Engelen en mensen samen. Gelijk in de gelijkenis van Christus. Wederom alles tot een te vergaderen in Christus, in hemel en op aarde.
Zoveel groter dan wat we nu hebben. Hier op aarde de geredde mensen een minderheid. Maar daar alleen maar geredde mensen. De grootheid van Christus. Wat Hij heeft gedaan met het sterven met zo’n grote menigte. Hier hebben we veel weerstand. Rondom ons zien we dingen die ons tegen zijn en de zonden is overal.
Maar daar als wij ook gezuiverd zijn is er niets dan heiligheid en volmaaktheid en wonder. Nu zwemmen we tegen de stroom in maar daar is alles zuiver. Dan het tweede de erfenis in vers 11. Paulus spreekt over de eerste generatie christenen. Vers 12 maar ook verder. Vers 13 van de eerste generatie naar de volgende.
Ik wil spreken van een erfenis. Het is nooit verdiend. Het is altijd een recht. Het kan een kleine erfenis van je ouders zijn. Maar je verdient het nooit. Het is je recht. Hij betaalde voor je, Christus. Erfenis bij geboorte. En wij weten door de nieuwe geboorte in Hem.
De erfenis heeft zekerheid in zich. Het is zeker. Het wordt nooit van je afgenomen. We zijn ontzettend rijk. Geestelijk en in alle opzichten. We ontvangen het niet dan pas op de laatste dag. Maar we hebben het. Dat is de aard van de erfenis. Ik noemde het haast terloops de hemelse erfenis.
Het hemelse koor is het derde waar we op letten. Onderdeel ervan en God goedheid prijzen. Als we zien Gods grote genade. Niet alleen van de mensen die gered zijn die gered zijn en hun getuigenis kennen, we danken er God voor, maar dan de miljoenen zien die gered zijn. Het zal het onderwerp zijn van het prijzen van Gods goedheid. Hem ervoor prijzen. Daar gaan deze verzen over. Vers 12, vers 14. Tot prijs Zijner heerlijkheid. Vers 18. En het slaat allemaal terug op vers 3. ‘ Gezegend zij de God en Vader van onzen Heere Jezus Christus, Die ons gezegend heeft met alle geestelijke zegening in den hemel in Christus.’
Dat is het grote thema van de prijs in de hemel. Hier is zoveel trots. Hier is geen christen, in dit kerkgebouw niet, die niet iets van trots in zich heeft. Het steelt van Gods glorie. Menselijke trots. Mensen leven om geprezen te worden. Maar daar niets in de hemelse heerlijkheid ervan maar alleen maar prijs aan Gods goedheid. Het grote thema van de prijs en het onderwerp van het koor.
Zijn er bezigheden in de hemel? We weten weinig over wat er in de hemel is. Henry M. Morris schreef erover. Maar wat we ervan weten bouwen we op voort. Prijs van het hemelse koor. Dat is de hemel. Vers 13: ‘[…] in Welken u ook, nadat u geloofd hebt, zijt verzegeld geworden met den Heiligen Geest der belofte. Verzegeld. Met wat? Met een Persoon: de Heilige Geest de derde Persoon in de verheerlijke Godheid.
De bekering is niet iets van onbewustheid dat je maar zomaar overkomt. Nee, het is een zaak van vertrouwen. Je ziet Christus die stierf voor zondaars. En je realiseert je een zondaar te zijn. Je hebt geen werken. Je kan naar een andere kerk gaan, een Rooms Katholieke kerk maar niets ervan kan je redden. Maar op het moment dat je van Hem bent en je leven aan Hem geeft, dan ben je verzegeld.
Een verzegeling van een document. Van een juridisch document. Het is verzegeld. Je leven is veranderd. Je verlangens is veranderd. Nu leef je voor Christus. Nu gehoorzaam je Hem. Je bent veranderd. Al de dingen die je deed en waar je van hield kan je niet meer doen. Nu heb je de Heere lief. Een oprecht christen. Verzegeld door de Heilige Geest. Gods zegel van eigenaarschap. Dat je gered bent nu en voor altijd.
Het is niet alleen een zegel maar dit zegel is iets anders. Een aanbetaling. Dat een eigendom gekocht wordt. De aanbetaling was de zekerheid dat betaald zou worden. In het verleden was het niet zo. Het is de belofte dat het je voor de Heilige Geest gegeven zal worden als je in de hemelse heerlijkheid komt. Dat het je gegeven wordt. Nu ben je nog op aarde. De aanbetaling is gedaan. Daar is rust en vrede. De strijd tegen de zonden is geëindigd dan. Getrouw aan Hem. Aanvliegende twijfels zijn over dan. Geloof wordt aanschouwen. Je bent in rust. En vrede.
Christenen krijgen nu ook rust in persoonlijke gebeden. In harde tegenstand. Of moeilijkheden met een zoon bijvoorbeeld in het gezin. En God geeft rust. In de hemel is je hart volledig gevuld met blijdschap. Het is een belofte, een bewijs. Ook de gemeenschap der heiligen. De belofte, het bewijs. Soms mag je hier ook al ervaren als een groot offer wordt gebracht. Je dankt God ervoor.
Je zijn hier in een grote stad, maar in het hier ook Gods hand te zien. En je dankt God ervoor. De hymnschrijver schrijft dat ogen zonder Christus nooit hebben gezien. Je had een grote verhoring op het gebed, grote uitredding, dat is een bewijs dat je zult ontvangen. In de hemel zullen we delen in de gemeenschap met de schrijvers van de machtige woorden. Dat is hier op aarde al dat we ons zo over de woorden verwonderen. En dan te vragen: wat bedoelde je hiermee en daarmee. We verwonderen ons erover.
En de gemeenschap. We verheugen ons erin. Een getuigenis te horen. Hier en daar zien we vrucht op het werk. Daar zal alle pijn weg zijn. Soms heb je dat op aarde dat je die beproeving hier op aarde hebt. En dan in Hem de liefde voor God volmaakt. Absoluut. Een liefde voor God hier op aarde. Al deze dingen zijn de verzegeling van de Heilige Geest hier op aarde. Aan de andere kant de aanbetaling, de bewijzen ervan. Heb je ze hier niet ontvangen de bewijzen ervan op aarde? Hoe groot en heerlijk is.
Het versterkt onze dienst. We hebben gekeken naar de hemelse verzameling. Het hemelse koor. De hemelse verzekering. De apostel begon met de eeuwige verkiezing, toen de adoptie en daarna het grote thema van de hemelse heerlijkheid. De erfenis tot prijs Zijner heerlijkheid.
Zondag 14 februari 2021 – Metropolitan Tabernacle Londen [Verenigd Koninkrijk] – dr. P. Masters – Schriftlezingen Psalm 104 vers 1-13 en 24-31 en Efeze 1 vers 1-14