Zondag 3 december 2017 – Metropolitan Tabernacle Londen – dr. P. Masters [Londen] – 2 Kronieken 33 vers 12
‘En als hij hem benauwde, bad hij het aangezicht des Heeren, zijns Gods, ernstelijk aan, en vernederde zich zeer voor het aangezicht van den God zijner vaderen.’
Onvergelijkbare liefde van God
Beeld van de liefde van Gods liefde voor al Zijn kinderen. Vanuit het Oude Testament. Manasse was zonder twijfel de wreedste koning van Israël.
Manasse was twaalf jaar toen hij koning werd. Hij was acht jaar toen God bijzonder ingreep toen zijn vader koning was. Zijn vader volgde God. Gezegend door God. Had een goed voorbeeld.
Toen zijn vader overleed werd hij koning. Dertien jaar in zonden en ongerechtigheid. Toen kwam er inname en werd Manasse weggevoerd naar Babylon.
In vers 2 staat dat hij deed dat wat kwaad was in de ogen van God. God strafte hen. Samenleving met veel onrecht. En koning Manasse ondersteunde het. Tegen het werk wat zijn vader deed.
Manasse moet geweten hebben van de profeet Jesaja. Zijn profetie. En vervolgens bouwde hij weer de afgodendienst op (vers 3). God van zon, maan en sterren. Veel overeen met modern Atheïsme. Natuur kan doet doen. Dat is de god. Natuurlijk geen persoonlijke God. Die ons ziet, van ons weet, rekenschat eist.
De god of dit en dat. Allerlei. Uitgevonden door mensen. Het is een alternatief van de levende God. Het is een vorm van atheïsme. Dit promootte Manasse met al zijn intellect.
Wat doet Manasse? Waarom was hij zou tegen alles van God? Altaren in de tempel, offerde zijn eigen kinderen op. Maakte een afgod, een beeld. Waarom deed hij dat? Leerde hij dat van een slechte vader? Nee! Het tegenovergestelde. Juist zo’n geschikte tijd. Vader tot voorbeeld.
Wat was het probleem? Hijzelf! Zijn natuur. Hij wilde geen God die regeert. Trots, arrogant. 2 Koningen vertelt dat hij moordde. Hij vermoordde priesters. Alles ging mis met hem.
Onze zonden zijn onze zonden. Aangrijpend. Het is jou, of mij. Niet nadat je loog een andere oorzaak zoeken. Wij zijn het die slechte doen. Natuurlijk, invloeden. Maar wij zijn het.
Het kan geleerd gedrag zijn. Maar vergis je niet. Het gaat over mij. Over ons. Ik ben het. Als ik lieg: ik ben het. Onze natuur. Als Manasse. Het gaat zelfs zo ver dat hij de waarschuwingen van de profeten niet wilde horen en heen doodde.
Dan tien jaar in ballingschap. Vijand van God. Hater van God. Zoveel mensen misleidde. Hij was een aangrijpend voorbeeld van een vijand van God. Dertien jaar lang!
En toen kwam de benauwheid. Vers 12. Hij leerde de waarheid over God, over hemzelf. Misschien van Jesaja, misschien herinnering. God is genadig en welwillend om te vergeven! Profeet Jesaja. Waarschuwingen. Om het goede te doen, tegen het kwade. Kwam erachter: kan ik zelf niet. Roep tot God. Om een nieuwe natuur. God is zo genadig. Zelfs de grootste zondaar, zelfs Manasse, vergeven. Jesaja 53 ook. God zendt de Messias. De Zaligmaker.
God kan de zonden niet vergeten. Moet gestraft worden. Betaald worden. Deed Hij zelf! In Zijn eigen Zoon. In het Oude Testament wonderlijk verbeeld in het offeren van dieren. Heenwijzing naar het offer van Christus.
En hij bad tot God. Heere God, kan ik worden vergeven? Met alles wat ik gedaan heb? En vernederde zich voor God. Niets beter dan een dier. Dit is de manier om voor God te komen en tot Hem te gaan. Niet met het slechte van ons en behoud van het goede. Nee: met schuld. Niet met arrrogantie. Vergeef mij Heere.
En Hij liet zich verbidden! Iemand die zei mij dat hij bad: God, als u er bent verhoor mij dan. Nee, dat is niet verbidden. Bid Hem serieus, het gaat over de eeuwigheid.
En bracht hem terug naar Jeruzalem. Dat is heel bijzonder. Was op weg naar de dood. Weg terug naar het Jeruzalem. Hoe staat er niet. Het was de beste oplossing.
Hij verandert mensen. Dat je Hem kent. Beter persoon. Andere verlangens. Hij wist het: de Heere is God. God van mijn vader. Nu weet Hij dat God God is, kent Hem, nieuwe natuur. Haatte wat hij voorheen deed. Terug naar Jeruzalem. Twintig jaar om de dienst aan God te herstellen.
Hij deed dat tegen de gevestigde orde. Weerstand. Hij ‘zwom tegen de tijd’, verandert. Andere natuur. Van compleet zonder God, niet met Gods aanwezigheid, en toen verandert. Als God je onder het oordeel brengt, verandert, dan heb je daarna de tijd met God.
Nieuwe leven. Transformatie. Dit is het beeld van een wedergeborene. Leven met God. Eeuwig leven. Amen.