Wij mensen worden geboren zonder dat we zelf iets deze wereld inbrengen en zo zal het ook zijn wanneer we sterven. Onze ziel verlaat het lichaam en gaat de eeuwigheid in. Dan staan we voor God in het oordeel. Toch nemen we wel iets mee: ons zonderegister, onze opstand tegen de levende God. En die zonden moeten vergeven zijn om eeuwig met God te leven. Christus, Gods Zoon, kwam en stierf voor de zonden. Hij is de Zaligmaker van zondaren. Geloof in Hem en u zult leven. 

1 Timotheüs 6 vers 7: ‘Want wij hebben niets in de wereld gebracht, het is openbaar, dat wij ook niet kunnen iets daaruit dragen’.

Bereid voor het leven na dit leven

Het Griekse woord betekent we brachten niets in, droegen niets in deze wereld. Zoals we ook niets uitdragen uit deze wereld. Natuurlijk niet. We konden niets indragen als baby. We hadden geen kracht. De punt dat gemaakt is is dat het zeker is, duidelijk is, dat we niets kunnen uitdragen.

Als de dood komt, het verlaten van de ziel van het lichaam zo zwak als we in de wereld kwamen. Niemand kan zeggen dat iemand stierf en dit of dat meedroeg. Het is absurd. Waar is het bewijs? Hij is gegaan, de laatste adem. Het lichaam is daar. Het huis is daar. De macht en invloed die de persoon eens had. In de organisatie nu aan anderen overgelaten, nu in de hand van iemand anders. Alles nog steeds in deze wereld. Maar zij zijn gegaan. Ze hebben niets materieels meegenomen.

Dat is vaststaand en kan niet veranderen. Het is sobere boodschap. Het laat ineens zien dat het leven kleiner is dan het lijkt. Zo beperkt. Ik las over een klein ongeluk. Heel historische gebouwen. Marktdorpje. Het ligt viel vroeg in. Er was een groepje kinderen die aan het spelen met lichten, ze hadden veel plezier. Door een watervloed was het licht uitgevallen. Maar ineens ging het licht aan. Helder licht. Hun licht was ineens overgenomen door feller licht. Ze konden geen verschil meer maken. Ineens was het spel over. Zo is het in de laatste dag. Al de dingen die voor ons zo belangrijk waren, zijn ineens over, al de dingen waar we over droomden. En dan staan we voor God, dat is de laatste fase van de ziel.

We brachten niets in het leven en dragen niets eruit. Materieel leven. Waar sta je in die dag? Atheïsten zeggen er is geen hiernamaals, er is doel in het leven. Maar het hiernamaals is diep instinct in ieder van ons totdat je uit je geest werkt. Meer autoriteit nog: het is geopenbaard in de Bijbel, het is het centrale thema van de Bijbel. We lezen met zielen die zonder einde zijn.

Aan het einde van je leven verlies je je lichaam, huis, invloed, je verliest alles. Mijn suggestie: kijk in de spiegel en zeg tegen jezelf dat je niets kunt meenemen. Doddrige: ‘And you, my fleshly ‘clay’, Long partner of my cares, In this rough path are torn away With pain, regret and tears’. Je zegt gedag aan je lichaam.

Maar er is iets dat je meeneemt. Niet materieels. Je hebt geen gelegenheid het achter te laten. Je neemt het mee met je ziel. Je zonderegister. Het is jouw schuld. Wat je gedaan hebt en niet. Wat heb je gedaan voor God? Heb je Hem lief gehad, gehoorzaam geweest, gediend, onderzocht? Alles wat je met anderen hebt gedaan wat tegen de wet van God is, dan is alles daar.

Als we sterven zijn we buiten de sfeer van de genade en in de sfeer van het oordeel. Nu is het de dag der zaligheid. Als we sterven zijn we uit de sfeer, dag van de zaligheid en in de sfeer van het oordeel van God. Als we geboren worden, herhalen we dat we niets brengen. We zijn zo kwetsbaar. De baby niet zorg van de moeder. De baby is zo afhankelijk, zo zwak. Als er geen zorg is, dan is er geen hoop. Alles verloren. Zoals je kwam zo ga je. Dat is hoe je gaat naar het volgende leven. Zwak, afhankelijk, kwetsbaar, zeer hulp nodig.

Wat betekent het? Waar krijg je het van? Wie wil voor je zorgen? Alleen God. Wil Hij? Als je Hem tegengestaan? Nooit door Hem vergeven? Je jaren verzondigd. Je bent afhankelijk van Hem. Er is geen moeder in het volgende leven, het is God. Je moet een plaatsvervanger hebben. Iemand die je zonden overneemt. Die je adopteert, zorgt voor je. Er is geen leven voor je in het volgende leven. Je wordt er buiten gehouden. Eeuwig gestraft. We hebben leven nodig dat aan ons gegeven wordt.

Dat is wat hier moet gebeuren. In de dag der zaligheid. Timotheüs 3 vers 16: ‘En buiten allen twijfel, de verborgenheid der godzaligheid is groot; God is geopenbaard in het vlees, is gerechtvaardigd in den Geest, is gezien van de engelen, is gepredikt onder de heidenen, is geloofd in de wereld, is opgenomen in heerlijkheid’.

God moest komen in de tijd. Hij moest komen. Christus moest komen. Toen Paulus deze woorden sprak, konden ze worden toegepast op allen uitgezonderd alleen. Maar Hij was geen ordinair mens. Hij was God en mens. Hij kwam in deze wereld. Hij bracht eeuwige dingen met Hem. Hij bracht in deze wereld Zijn Goddelijke natuur.

Wij bestaan niet van tevoren, Hij wel. Hij bracht kracht, wij niet. Hij perste zichzelf op een bepaalde manier in een menselijk lichaam. Dat Hij een volmaakt leven zou leven voor al de mensen die Hem toebehoren. Alle dagen deed Hij overeenkomstig Zijn daarvoor vastgesteld plan. Hij betaalde voor onze schuld in plaats van ons. Hij moest komen om Zijn wonderen te doen. Zijn eindeloze Geest. De weg van de zaligheid te verklaren. En Zijn liefelijke goedertierenheid.

Wij brachten niets. God is de enige ware geloof dat authentiek is. Als je gelooft in Christus, in Zijn dood op Golgotha’s kruis, je wandelt met Hem en als je sterft, dan word je gedragen in Zijn armen. Hij wil je leven vervullen met vrede en het begrijpen.

A guilty, weak, and helpless worm, on Thy kind arms I fall; be thou my strength and righteousness, my Jesus and my all’, Isaac Watts de hymn dichter. Dat is wat wij moeten kunnen zeggen als wij dit leven vertalen. Breng ons thuis en zegen ons. Het klinkt sentimenteel wat de hymn dichters schreven: veilig in de armen van Jezus. Maar dat is wat het is. Uiteindelijk legt je lichaam het af en dan is je ziel in een behoeftige status. Je moet vergeven zijn. Geadopteerd. Als je dat bent, dan ben je als een geestelijke miljardair.

Je hoest je niet met aardse bezittingen bezig te houden want je heb veel grotere geestelijke bezittingen. En wanneer je sterft is het als dat je zeven documenten met je meeneemt. Natuurlijk is er geen documentaire. Je bent zelf het document, je ziel is dat.

Als je sterft, en je bent bekeerd tot God, dan heb je als het ware zeven documenten. Het document van rechtvaardiging. De manier waarop je ziel vergeven is is alleen door het werk van Christus op Golgotha. Een certificaat van rechtvaardiging. Dat certificaat zegt dat de Almachtige God je behandelt als dat je nooit hebt gezondigd. Een eeuwige verdienste. Gerechtvaardigd. Geaccepteerd. Hoe kan dat? Christus is voor mij gestorven. Christus offerde Zijn rechtvaardigheid op. De Vader aanvaardde het. Ik heb een Zaligmaker, een Zondenwegdrager. Ik heb mij certificaat of rechtvaardiging.

Ik heb een ander certificaat. Natuurlijk is dat er niet maar als dat is er. Ik heb een certificaat van adoptie. De hemel is mijn thuis. Dat is geweldige zaak. Abba Vader, mag ik zeggen. De meest intieme manier van zeggen in die tijd. Hij heeft mij lief en brengt mij veilig thuis.

Ik heb nog een ander document, het is geen certificaat. Het is een dagboek. Alle gebeden, de zegeningen, de verheugingen. Dagboek van geestelijke ervaring, mijn wandeling met Christus. Heb je deze documenten vrienden? Zijn ze van jou, geschreven in je hart? Dit zijn de zaken die werkelijk belangrijk zijn. Dit zijn de dingen die voor je klaar liggen. Als je ogen sluiten, dan zijn er nieuwe gezichten die zich voor je ogen. In de ontvangstzaal van de Heere der Heere.

Allen die Hem toebehoren, zijn daar en zullen je ontvangen. Christus heeft je lief en je wandelt met Hem. We hebben Hem nodig. Openbaring 3 vers 17. Ik heb Uw boodschap niet nodig vanavond. ‘Want u zegt: Ik ben rijk, en verrijkt geworden, en heb geens dings gebrek; en u weet niet, dat u zijt ellendig, en jammerlijk, en arm, en blind, en naakt.’ Het is Christus die spreekt.’ Ik raad u dat u van Mij koopt goud, beproefd komende uit het vuur’.

Kom tot Hem vrienden. Bid tot Hem. Vraag Hem om geestelijk leven. Geef je over aan Hem en Hij wil deze dingen voor je doen. Met een andere hymn dichter: ‘When my spirit, clothed immortal, Wings its flight to realms of day, This my song through endless ages: Jesus led me all the way.’ Als je Hem hebt in leven, kom tot Hem. Laat je ziel niet verloren gaan, je eeuwigheid verloren gaan. Kom niet onbereid voor God. We brachten niets in deze wereld

Een laatste zekerheid voor je. Net als Christus kwam in deze wereld die met Zijn Goddelijke natuur met Zich meebracht. Zo is Hij de enige die Zijn eigen lichaam meebracht. Met lichaam en ziel in de hemel. Hij kon zelfs door deuren gaan. Alles wat Hij gedaan heeft voor allen die Hij heeft gered. De tekst is van toepassing op iedereen behalve Hem. Hij zal ons verheerlijken als wij tot Hem. Beste vrienden, wees zeker dat je Hem hebt in leven en in eeuwigheid.

 

Zondag 2 mei 2021 – Metropolitan Tabernacle Londen [Verenigd Koninkrijk] – dr. P. Masters – Schriftlezing Psalm 138 en Mattheüs 7 vers 13-29